Nabestaanden stellen Humanitas aansprakelijk voor insulinemoorden

De families van twee oud-patiënten van Humanitas-instelling De Wetering in Rotterdam, willen dat de zorginstelling haar fouten erkent. In De Wetering werkte de man die verdacht wordt van de zogeheten insulinemoorden. Advocaat Frank Hamers is met Humanitas in gesprek over een schikking.

Hamers vertegenwoordigt zeven families van patiënten waarvan er een aantal is overleden in de zorginstellingen waar Rahiied A. werkte. De nu 22-jarige verpleger wordt vervolgd voor vier sterfgevallen en zes gevallen van ‘onwelwording’ van patiënten. Ze kregen mogelijk insuline toegediend terwijl ze die niet nodig hadden. Signalen over de verpleger zijn niet of te laat opgepakt door de instellingen.

De families van twee patiënten hebben de stichting Humanitas aansprakelijk gesteld voor de fouten die zijn gemaakt. De andere vijf families wachten hier voorlopig mee. Frank Hamers: “We praten over een minnelijke schikking, omdat Humanitas de werkgever was van de verdachte.” Het gaat om twee patiënten van wie vermoed wordt dat de verpleger hen mogelijk iets heeft aangedaan. Deze zaken zijn ook opgenomen in het strafproces tegen A.

De families willen vooral dat Humanitas toegeeft dat ze steken heeft laten vallen en dat de directie excuses aanbiedt. Om geld is het hun niet te doen, vertelt Hamers. “Aansprakelijkheid kan alleen worden vastgesteld als er schade is geleden. Dan komt er al snel geld bij kijken. Maar veel is dat nooit in dit soort zaken. Bovendien heeft de zoon van een van de overleden vrouwen al gezegd dat hij het geld aan de Alzheimer stichting wil doneren.

Humanitas heeft zich tot nu toe onthouden van commentaar en slechts vaag over excuses gedaan. De instelling wil eerst het strafproces afwachten. Mocht er geen akkoord komen, dan overweegt Hamers om naar de rechter te stappen. Ook kijkt hij nog of er stappen volgen tegen de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd die toezicht houdt op de zorginstellingen. “Die heeft wel volmondig excuses aangeboden, maar we onderzoeken nog of we daar iets tegen willen ondernemen.”

Bron: RTV Rijnmond